FR

En janvier 1969, trois tentatives d’explosions échouent à New York, visant notamment deux commissariats. Le 2 avril, 21 personnes sont arrêtées, toutes membres du Black Panther Party. Elles sont inculpées pour tentative d’attentat et conspiration, et leur caution individuelle s’élève à 100 000 dollars. L’une des prévenues, Afeni Shakur, 24 ans (enceinte de celui qui deviendra le musicien Tupac Shakur), décide de se défendre sans avocat dans un procès fleuve de huit mois. Ses plaidoiries remarquables frapperont l’opinion. Les preuves étant inexistantes, tous seront acquittés en mai 1971.

NL

In januari 1969 is New York het toneel van drie mislukte bomaanslagen die het gemunt hadden op warenhuizen en politiebureaus. Op 2 april arresteert de politie 21 personen, allemaal leden van de Black Panthers-afdeling uit Harlem. Ze worden beschuldigd van samenzwering en poging tot aanslag en hun individuele borg wordt vastgelegd op 100.000 dollar. Een van de verdachten, de 24-jarige en zwangere Afeni Shakur, beslist om haar recht op een advocaat af te wijzen en zichzelf te verdedigen tijdens de lange rechtszaak, die 8 maanden zal duren. Haar opmerkelijke pleidooien laten een diepe indruk op de publieke opinie. In mei 1971 worden alle verdachten vrijgesproken bij gebrek aan bewijzen. Het kind dat Afeni Shakur op de wereld zet, groeit op tot de baanbrekende rapmuzikant Tupac Shakur.

EN

In January 1969, three attempted explosions failed in New York, targeting in particular two police precincts. On the 2nd of April, 21 people were arrested, all members of the Black Panther Party. They were charged with attempted bombing and conspiracy, and their bail was set at 100,000 dollars each. One of those arrested, Afeni Shakur, 24 (pregnant with the future musician Tupac Shakur), decided to defend herself without a lawyer during a lengthy eight-month trial. Her remarkable pleadings would mark public opinion. Due to a lack of evidence, all were acquitted in May 1971.